De rechtbank in Zeeland-West-Brabant heeft onlangs een naheffingsaanslag van de Belastingdienst toegekend wegens een onvolledige rittenregistratie. Volgens de rechtbank was de naheffing terecht omdat er zeker vijf ritten ontbraken in de rittenregistratie. Dat deze ritten van zakelijke aard waren, was hierbij niet van belang.
Één van de manieren om te bewijzen dat er jaarlijks niet meer dan 500 kilometer privé is gereden met een zakelijk voertuig is het aanleveren van een sluitende rittenregistratie. Omdat de rittenregistratie niet compleet was, vond de rechter dat er onvoldoende bewijs geleverd is.
Rittenregistratie onvolledig
Over het jaar 2011 heeft de belanghebbende een rittenregistratie overlegd waarin volgens de rechter 5 ritten ontbraken. Het voertuig van de belanghebbende was namelijk waargenomen langs de A2 bij Valkenswaard, waarvan de betreffende ritten ontbraken in de rittenregistratie. Hierdoor konden de opgegeven kilometerstanden nooit kloppen, in ieder geval niet op of rond de dagen van de ontbrekende ritten. Ondanks dat de ritten volgens de belanghebbende een zakelijk karakter hadden, besloot de rechter dat er niet was voldaan aan de bewijsplicht. Immers, de rittenregistratie is niet sluitend en dus onjuist. Daarom heeft de rechter de naheffingsaanslag van de Belastingdienst toegewezen.
Naast de naheffing had de Belastingdienst ook een verzuimboete opgelegd van €1800,- echter, gezien de aard van het verzuim is de verzuimboete op €1100,- vastgesteld. Hierbij werd in acht genomen dat het slechts ging om de 5 ontbrekende ritten en dat de registratie over 2012 wel juist was.
Bekijk hier de uitspraak: ECLI:NL:RBZWB:2015:3187